Projectaansturing: 3 methoden



Voor de aansturing van een project zijn drie methoden voorhanden.

Routine

Een veel voorkomende 'interne methode' is de zogenaamde routine. Deze is gebaseerd op een herhaling van werkzaamheden zoals zij al eerder in een bestaande relatie tot opdrachtgever of probleem heeft plaatsgevonden. Hierbij wordt niet werkelijk geëxperimenteerd en richt men zich met name op optimalisatie en variatie. Overleg kan tot het minimum beperkt worden. Afspraken over projectresultaten en budget kunnen in hoge mate worden vastgelegd.

Trial-and-error

Het andere uiterste is de trial-and- error methode; deze wordt gehanteerd wanneer er vrijwel geen kennis van het probleemgebied of oplossingsrichting gegeven is. Dit stimuleert het experiment hetgeen een relevante voorwaarde is voor innovatie. Overleg vindt daarbij veelvuldig plaats en indicaties over te behalen resultaten, tijdpad en budget dienen slechts als richtlijn. Het mag duidelijk zijn dat maar weinig opdrachtgevers hier warm voor lopen.

Projectmanagement

Ergens tussen beide methoden in ligt de methode van het projectmanagement; hierbij worden per overzichtelijke fase de werkzaamheden, de planning en het daaruit voortkomende budget met alle betrokkenen ingeschat en is aan strikte voorwaarden te binden. Deze methode tracht het experiment te stimuleren binnen een beheersbaar traject (de fase) en streeft daardoor naar innovatieve oplossingen. Gevolg is dat bij evaluatie van de fase de interesse voor het bereikte inzicht of innovatiepotentieel moet kunnen leiden tot het bijstellen van vervolgwerkzaamheden, planning en budget.

Mede omdat omschrijvingen van concrete projectresultaten vaak nog niet beschikbaar zijn, worden de meeste opdrachten, zowel 'extern' als ‘intern’ op basis van deze laatste methode aangepakt.

  Lees meer over onze aanpak of onze gedetailleerde aanpak in fasen.